#11 Schotten & luizen

De beplanking van de steven (onderste deel van de spiegel) is nu in vorm geschuurd. Tussen de bedrijven door heb ik het verdek verder beplankt. Wat achter spant 9 ligt (gedeelte onder het halfdek) is nu af. Ook het dekluik wat daar hoort heb ik geplaatst. 

Spiegel in vorm geschuurd

Verder ben ik gestart met het maken en plaatsen van de berghouten. Berghouten waren vroeger de stootbuffers van de romp. Dit waren meerdere extra dikke planken op verschillende hoogten aan de zijkant van het schip en liepen van boeg tot steven. In de bouwkit bestaan de berghouten uit een dubbele laag beplanking. Zie foto’s.

Ook ben ik bezig geweest met de opbouw van de luizenplecht, dat is het voorste stukje dek vanwaar je het galjoen/boegspriet betreedt. Dit dek is de enige plaats op het schip waar de bemanning uit het zicht van de officieren kon blijven. Hier komt mogelijk de uitdrukking ‘luizenbaantje’ vandaan. Maar deze uitdrukking kan ook komen uit het feit dat vroeger op deze plek de bemanning ontdaan werd van hun luizen in hun kleren. Luizen brachten nl. ernstige ziekten als vlektyfus over. Het ontluizen stond onder toezicht van een daartoe aangewezen bemanningslid, meestal een kwartiermeester. Deze had een ‘luizenbaan’. Hij hoefde er nl. alleen op toe te zien dat het ontluizen goed werd uitgevoerd. Ach, beide verklaringen vind ik wel aannemelijk. 
Het galjoen diende trouwens ter versteviging van de boegspriet en als toiletvoorziening voor de bemanning. Een uitgerafeld touw dat in het water hing, deed dienst als WC-papier.

Opbouw van de luizenplecht

Ik heb schot G m.b.v. de potdeksel-techniek beplankt. Schot G wordt het schot met deuren dat toegang tot de bak verleend, de ruimte onder het bakdek. Ook ben ik begonnen met het beplanken van schot K, de wand tussen bak en luizenplecht, met daarin twee kleine deurtjes die toegang verlenen tot de luizenplecht en het galjoen.

Op de foto’s kun je zien hoe ik de planken buig. nl. net als vroeger: eerst kletsnat maken (ik laat ze gerust een paar dagen weken in een stuk regenpijp, wat aan de uiteinden afgedicht is en gevuld met water, waarna ik ze buig met een plankenbuiger; een soort omgebouwde soldeerbout met een ronde schijf aan het eind die gloeiend heet wordt. Door de hete plankenbuiger over het natte hout te bewegen, is de plank makkelijk te buigen. Vervolgens plaats je de plank op het schip, vastgezet met punaises, waarna het ‘in vorm’ droogt.


Ontdek meer van Bastavia.nl | Bouwverslag van het VOC-retourschip 'De Batavia' uit 1628 |

Abonneer je om de nieuwste berichten naar je e-mail te laten verzenden.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *